Beter beeld genen voor borstkanker

Twee omvangrijke case-controlstudies geven een scherper beeld van de genen die betrokken zijn bij het ontstaan van borstkanker. Beide publicaties verschenen in The New England Journal of Medicine.

Twee omvangrijke case-controlstudies geven een scherper beeld van de genen die betrokken zijn bij het ontstaan van borstkanker. Beide publicaties verschenen in The New England Journal of Medicine.Advertentie. In de ene studie – door het Breast Cancer Association Consortium, waaronder alle Nederlandse umc’s en het Antoni van Leeuwenhoek – werden 34 genen onder de loep genomen bij meer dan 60 duizend vrouwen met borstkanker en 53 duizend gezonde vrouwen, afkomstig uit 25 landen. Het andere onderzoek door Chunling Hu e.a. keek naar de rol van 28 genen bij 64 duizend vrouwen uit de VS.

Voornaamste uitkomst: varianten in acht genen – BRCA1, BRCA2, PALB2, BARD1, RAD51C, RAD51D, ATM en CHEK2 – bleken significant samen te hangen met een verhoogd risico op borstkanker in beide studies. Deze bevindingen bevestigen dat de vijf genen BRCA1, BRCA2, PALB2, CHEK2 en ATM die in Nederland getest worden, de belangrijkste borstkankergenen zijn. Verder werd van negentien genen betrokkenheid bij borstkanker uitgesloten. Van zeven andere genen werd duidelijk dat ze inderdaad het borstkankerrisico kunnen verhogen, hoewel dit vrij zeldzaam is.