Banen die trouwen, en spelling als partner-indicator voor jonge vrouwen

Door Mia Sol

Publicatiedatum: 17-11-2021
Naar aanleiding van mijn vorige column “Ontstaan en stabiliteit van relaties” kreeg ik grappige en interessante respons. Daarom hier een vervolg op het thema. Ene Nathan Yau houdt een onafhankelijke website FlowingData in de lucht waarop hij probeert onderzoeksdata op een correcte manier te visualiseren.

In 2018 werd onderzoek gepubliceerd door Stanford Social Science Data Collection onder de titel: “How Couples Meet and Stay Together 2017”. Natan Yau was verbaasd dat digitale ontmoeting (“met online”) nog geen 10 % was en hij besloot om de data beter te analyseren naar leeftijd en jaar. Er zijn meestal diverse omgevingsfactoren die een rol spelen: familie – vrienden – buren – collegae zijn versterkende kringen. Verdere analyse hierop leverde inzichten op die vertaald werden in verschuivende en wijzigende histogrammen. Onder de titel: “Shifts in How Couples Meet, Online Takes the Top is dat te bekijken. Van 1960 tot en met 2010 worden achter elkaar de percentages per decennium weergegeven hoe koppels elkaar ontmoetten. Open de link en kijk bijvoorbeeld eens naar wat er de laatste decennia gebeurt met het percentage koppels “met online”.

Naar ik begrijp was de oorspronkelijke Stanford publicatie gebaseerd op 3510 survey respondenten. Dat is een relatief beperkt aantal. Stel je jezelf de vraag naar representativiteit en digitale-wereld-bias dan kom je op een ander nieuw lastig terrein.
Vraag blijft ook of het in ons land anders is dan onder Amerikanen.

Blijven we even bij FlowingData dan staan er op dit terrein nog meer interessant plaatjes op.
Onder de titel “Jobs that Marry Together the Most” is het plaatje “Marrying Jobs” te vinden.

Daarbinnen kun je ahw spelen met de onderliggende dataset door er een random beroep in te voeren. Artsen, apothekers maar ook manicuren kiezen in 20 tot 25 % van de gevallen voor een beroepsgenoot als levenspartner. Hetzelfde geldt voor mensen uit de land- en tuinbouwsector. Waardoor deze beroepen er vrij sterk naar boven uitspringen is open voor verklaring: zielsverwantschap door traditie, - door socialisatie tijdens opleiding, - door gemeenschappelijk werkritme en gelijksoortige zorgen of vrees?

Mijn vorige column ging met name over het ontstaan van relaties.
Kort erna kwam ik een artikel tegen over wat belemmerend werkt op het ontstaan van een relatie. Daarmee sluit ik hier het thema af.
Slecht kunnen spellen maakt iemand minder aantrekkelijk.
Anders geformuleerd: bij online kennismakingen werkt spelling als geschiktheidsindicator.
In de aanloop naar de week van het Nederlands van 2 t/m 9 oktober 2021 werd een peiling gedaan door de Standaard en de NRC onder jongeren van 12 tot 29 jaar.
Van de respondenten vindt zo’n 20 % dat men slecht kan spellen terwijl zo’n 65 % meent goed te kunnen spellen. Tegelijkertijd antwoorden deze jonge mensen dat de helft van de jeugd niet goed meer kan spellen. Ze signaleren ook veel spelfouten in berichtjes die ze ontvangen. Nevenvangst uit spellingsonderzoek is dat vooral meisjes blijken af te knappen op slecht spellende (Tinder)dates. Ruim de helft van de jongens vinden slechte spelling niet kunnen en maar liefst tweederde van de meisjes vindt dat. Hoe ouder ze zijn hoe, hoe belangrijker het wordt. Ofschoon de onderzoeksgroep niet representatief is, blijken de bevindingen globaal wel overeen te komen met die uit wetenschappelijk onderzoek door de Universiteit van Antwerpen.

Bronnen

https://www.vnva.nl/media/coaches-aan-het-woord/ontstaan-en-stabiliteit-van-relaties/

https://flowingdata.com/2019/03/13/how-people-meet-their-partners/

https://flowingdata.com/2019/03/15/shifts-in-how-couples-meet-online-takes-the-top-spot/

https://flowingdata.com/2021/05/26/jobs-that-marry-together/
https://www.nrc.nl/nieuws/2021/10/02/wil-je-me-leer-dan-eerst-spellen-a4060439

https://taaluniebericht.org/artikel/vrouwen-zijn-linguïstische-trendsetters